Wim de craene
Straatkoning
Wanneer ik wandel door de stad
Ik hoor m'n voetstap op het pad
Alles is er stil en zacht
Dan is het wis en zeker nacht
Maar wordt de morgen vaal en koel
Dan hoor je 't eerste stadsgewoel
En met het eerste druk geluid
Verschijnt de eerste kindersnuit
Met wilde haren, de wangen rond
De vuile vingers in de mond
Een felle glimlach op 't gelaat
Hij is de koning van de straat