Paul de Munnik
Wachten (Voor Het Raam)
Ik stond de hele dag voor het raam
Dat voelde goed aangenaam
Dat moest mij wel uitstekend staan
Soms kwam er één voorbij
Dan verschool ik mij
Wat jammer was
Want niemand zei
Niemand staat zo voor het raam als jij
En wat ik zag wat was er was
Verder ging de wereld niet
Ik wilde wel diepe gedachten
Of een ideetje voor een lied
Misschien een keer iets vrolijks
Van iedereen blij
Of anders maar in godsnaam maar een schilderij
Maar mijn handen wilden niet
En toen het tijd werd om te eten
At ik fruit
En toen het tijd werd voor een glas
Zette ik thee
En toen de poes naar buiten wilde
Liet ik haar uit
Ik ging niet mee, nee ik ging niet mee
Ik stond de hele dag voor het raam
Noemde de dingen bij hun eigen naam
Alles wat ook zonder mij prima zou voortbestaan
Ik stond de hele dag voor het raam
En toen de avond viel
Trok ik me uit alle macht weer bij het raam vandaan
Ben ik, ben ik bij het achterraam gaan staan
Ik zou het geen terugval willen noemen
Ik had de stroom eraf gehaald
Ik dacht een dagje niet bewogen
Is een dagje niet gefaald
En je komt geen stap tekort
Als een doel niet hoeft gehaald
Als je wacht komt er vanzelf wel iets
Er kwam niets
Er kwam niets
Maar ik heb vandaag geen fout gemaakt
Ik heb vandaag niets stuk gemaakt
Ik heb geen mensen pijn gedaan
Ik heb niemand onderuit gehaald
Ik heb niet gelogen
Dus was ik eerlijk toch
Misschien als jij straks terug komt
Zie je het dan ook
Hoe perfect uitgevoerd mooi en stil
Ik voor het raam kan staan
Misschien wil jij dan samen met mij
Naar buiten gaan