[Verse 1]
Verse glazen op het schap, de vloer is bijna droog
Den dag is weer begonnen in café 'De goeie hoop'
"'t leven is duur geworden", zegt den baas achter den toog
"Maar hier is het bier nog altijd even goedkoop"
Meneer De Smet weet maar al te goed wat em bedoelt
Instemmend zit em te knikken in zijn vaste stoel
't Leven was nie mild voor onze stamgast
Maar toen z'n stuur afbrak, toen werd zijn glas zijn enige handvat
Alle vrouwen lieten hem alleen, altijd liever twee dan één, en nu heeft hij er geen één
Hij kreeg nochtans ne kleinen met zijn tweede vrouw Marleen
Maar nu heeft zij het kind en hij zit met de alimentatie aan zijn been
Weer een paar maanden achter met de huur
Elke dag is em den eerste hier, stipt om elf uur
Eerst wa pinten, daarna drinkt em zijne whiskey puur
En klaagt em over 't leven tegen zijne buur
[Chorus]
En alst café dan weer eens sluit, dan loopt hem zwalpend weer naar huis
En ziet z'n eigen in het glas van d'etalages
Terwijl de merel zachtjes fluit, gaat de straatverlichting uit
En als hem thuiskomt, schenkt hij nog een laatste glas in
[Verse 2]
Iedereen wilt over de fouten van De Smet memmen
"Hij moet z'n plek kennen"
"Hij haalde die miserie zelf op zijn eigen nek en uuh"
"Nu moet hij nie beginnen klagen, steen en been"
D'r valt iets voor zeggen maar het zit complex ineen
Want oké, hij maakte fouten maar het is ne goeie gast
Ookal vielen er geregeld heel wat lijken uit de kast
Maar da was alleen op vlak van de vrouwen want z'n familie en z'n collega's hebben altijd op hem kunnen bouwen
Hij had zoveel vrienden, vroeger was 'm de man
Maar toen het tegenzat, toen hoorde er niks meer van
Den enen dag trekt ge de kudde naar de bron, maar als ge achteraan belandt draait geen enkel van die beesten zich om
De verleiding werd Marcel De Smet te groot
Aangetrokken tot het magnetisme van de goot
Iedereen kijkt hem aan zo van "ge kunt het toch nie"
De cirkel van een self-fulfilling prophecy
[Chorus]
En alst café dan weer eens sluit, dan loopt hem zwalpend weer naar huis
En ziet z'n eigen in het glas van d'etalages
Terwijl de merel zachtjes fluit, gaat de straatverlichting uit
En als hem thuiskomt, schenkt hij nog een laatste glas in
[Interlude]
"Nog één safke
Nog één pintje
Kgaan direct slapen
Tis toch niemand wakker
En alle lichtes zijn uit
Mijn lichtje is uit
Nog één pintje
Nog één pintje! Nog één pintje! Alstublief!
Ik wil nog één pintje drinken, allez geeft mij nog één pintje, please!"
[Chorus]
En alst café dan weer eens sluit, dan loopt hem zwalpend weer naar huis
En ziet z'n eigen in het glas van d'etalages
Terwijl de merel zachtjes fluit, gaat de straatverlichting uit
En als hem thuiskomt, schenkt hij nog een laatste glas in