In Hellevoetsluis, daar staat een huis

[Chorus]
Hoera, die ijzeren man!

Daar zijn de dames van Baggermans thuis
En in dat huis, daar staat een stok
Daar krijgen de dames mee op hun kop

Een juffrouw die naar de kerk wou gaan
Die liet haar hoofd met goud beslaan

Aan ieder haar had zij een bel
Het was gelijk een klokkenspel

En toen zij zo de kerk in ging
Toen gingen die bellen van ting, ting, ting

De dominee, die op de preekstoel zat
Die dacht bij zichzelf: "Wat een wijf is dat!"

De koster, die dat werk bezag
Die was van streek, de ganse dag

De dienstmaagd, die dat werk bekeek
Die was jaloers, de hele week
En die dat lied al heeft gedicht
Heeft er zijn rok bij opgelicht