Herman van Veen
Mannoman
Weet iemand of er iemand leeft
Die ons nog een goed voorbeeld geeft
Door het pad dat hij bewandelt?

Nu iedereen van afgunst beeft
En alles wat er waarde heeft
Verpest wordt en verhandeld

Minister, pastor en pastoor
Ze hebben ons de jaren door
Onder hun raad bedolven

Ze schreeuwden in ons ezelsoor:
Maar waar toch dienen herders
Voor die heulen met de wolven?

Wat zou ik
God of engel moeten vragen
Als ik zie
Hoe mooi de lente is
Hoor, hoe kinderen zingen?

't Is altijd weer het oude lied:
Hun woorden zijn hun daden niet
En in hun wijze hoofden
Is hun geheugen een vergiet
Zodat ze niets te binnen schiet
Van wat ze ooit beloofden
De zee van kwik en olie vol
Raketten rond de wereldbol
Om rustiger te slapen
En Afrika betaalt de tol
Ach, we zijn blinder dan een mol
De herders en de schapen

Wat zou ik
God of engel moeten vragen
Als ik zie
Hoe mooi de lente is
Hoor, hee kinderen zingen?

God, hoor ons aan
Laat onze ogen opengaan