Herman van Veen
Het eerste meisje
Wanneer de winter zich weer meldt
En stilte de natuur beving
Is het of iets daarin vertelt
Van de eerste lieveling
Ik zie ons door de straten gaan
Bekoord en blij en aangedaan
Ik heb toen veel geschreven:
Gedichten vol weemoedigheid
Over die heldere wintertijd
In de lente van ons leven
Ik heb je moeder opgezocht
Die ik al die Jaren nooit meer sprak
Heb de portretten langs gezocht:
't was vreemd, maar Jij ontbrak
Zij was nog een vitale vrouw
En ze vertelde over jou
Al wat ik wilde weten
Alleen, dat jij gestorven was
Dat hoorde ik die avond pas
Moeder was het vergeten
Tijd is er in de hemel niet
Dus niets wat was is daar vergaan:
Misschien dat jij dat straatje ziet
Waar wij nog altijd staan
Wij zijn heel jong, wij zijn een paar
Want net nog hebben wij elkaar
De eerste kus gegeven
Zo vroom en stil en toegewijd
Daar in die heldere wintertijd
In de lente van ons leven