Boudewijn de Groot
Rode wijn
[Verse 1]
Het bed is 's nachts maar half beslapen
De helft van mijn boeken nam ze mee
De helft van mijn salaris is ruim voldoende
Slapen doe ik nu voor twee

De platen waren allemaal van mij
Ik draai ze net zo hard ik kan
De televisie mocht ze houden
Alsof ik niet zonder kan

[Chorus]
Wat een bestaan
Wat een luizenleven
Het kan niet stuk
Wat een geluk

Rode wijn
Rode wijn
Kom, laat ons vrolijk zijn

[Verse 2]
Ik drink me elke avond een beroerte
En eten heb ik weken niet gedaan
Ik pis weer net als vroeger in de wasbak
En slapen doe ik met mijn kleren aan
[Chorus]
Wat een bestaan
Wat een luizenleven
Het kan niet stuk
Wat een geluk

Rode wijn
Rode wijn
Kom, laat ons vrolijk zijn
Rode wijn
Rode wijn
Kom, laat ons vrolijk zijn

[Verse 3]
Ik ben niet meer gewend aan stilte
En zeker niet zo lang
De vrijheid die ik terug wou hebben
Die maakt me eigenlijk bang

Toch is het niet dat ik haar mis
't Is ongewoon nog even
Niemand, niemand heeft zich vergist
't Is wennen aan mijn eigen leven

Een keuken vol met vuile glazen
Het kan alleen maar beter gaan
Wie heeft er meubels of gordijnen nodig
Ik begin van voor af aan
[Chorus]
Wat een bestaan
Wat een luizenleven
Het kan niet stuk
Wat een geluk

Rode wijn
Rode wijn
Kom, laat ons vrolijk zijn
Rode wijn
Rode wijn
Kom, laat ons vrolijk zijn